Kasstroomoverzichten

RGS MKB rapportages > Kasstroomoverzichten

Een kasstroomoverzicht geeft inzicht in de mutaties van geldmiddelen in een bepaalde periode, veelal ook voor de verslagperiode van een jaarrekening. Een kasstroomoverzicht wordt ook beschouwd als onderdeel van de jaarrekening en ook aangeduid als "Staat van herkomst en besteding (der middelen)".

Het kasstroomoverzicht gaat over geldmiddelen, hetgeen breder wordt bedoeld dan kasmiddelen en bankrekeningen. Het gaat om vlottende activa en kortlopende schulden.

In samenhang met de balans en winst- en verliesrekening geeft een kasstroomoverzicht inzicht in onder andere:

• De financiering van activiteiten van de onderneming;
• Inzicht in de liquiditeit;
• Inzicht in de solvabiliteit;

De Raad voor de jaarverslaggeving (RJ) beschouwd het kasstroomoverzicht als verplicht onderdeel van de jaarrekening voor middelgrote- en grote rechtspersonen (RJ 360.104 "De rechtspersoon dient een kasstroomoverzicht op te stellen"). Hiertoe heeft de RJ nadere specificaties opgesteld. 

het kasstroomoverzicht bestaat uit de volgende 3 onderdelen:

1. Kasstromen uit operationele activiteiten;
2. Kasstromen uit investeringsactiviteiten;
3. Kasstromen uit financieringsactiviteiten.

De volgende attentiepunten (vanuit de RJ) zijn van toepassing op een kasstroomoverzicht:

• Het kasstroomoverzicht dient ook vergelijkende cijfers re bevatten over het voorgaande jaar;
• Herwaardering van activa en ongerealiseerde koers- en omrekenverschillen worden niet opgenomen in het kasstroomoverzicht.
• Bij financial lease is een verdeling van aflossingsbestanddeel dat onder kasstromen uit financieringsactiviteiten wordt vermeld en een interestbestanddeel dat onder kasstrroom uit operationele activiteiten wordt gemeld of onder kasstroom uit financiëringsactiviteiten.
    

Kasstromen uit operationele activiteiten

De ontvangsten en uitgaven van geldmiddelen die rechtstreeks gerelateerd zijn aan de dagelijkse bedrijfsactiviteiten van de rechtspersoon. Activiteiten die meestal leiden tot opbrengsten en kosten in de winst- en verliesrekening.

Voorbeelden van kasstromen uit operationele activiteiten zijn:

• Ontvangsten van verkoop van goederen en levering van diensten; waaronder ontvangsten van debiteuren.
• Uitgaven voor inkoop van goederen en diensten; waaronder betalingen door crediteuren.
• Uitgave van productie van goederen;
• Uitgaven van termijn van operationele leasing;
• Ontvangsten en uitgaven van rente en dividenden; kan volgens de RJ ook opgenomen worden in de financieringskasstroom.
  Dit laatste geven wij de voorkeur aan en is onderstaand als zodanig opgenomen.
• Uitgaven voor beheeractiviteiten, zoals betaling van salarissen en huurkosten.

De kasstroom uit operationele activiteiten kan op 2 manieren tot stand komen, te weken:

1. Directe methode;
   De (werkelijke) ontvangsten en uitgaven worden onderverdeeld naar betreffende activiteiten die samenhangen met het operationele bedrijf, te weten:
   
   - Ontvangsten van debiteuren;
   - Betalingen aan crediteuren;
   - Betalingen van lonen;
   - Betalingen van overige kosten; denk aan huur, autokosten, verkoopkosten, etc.
   
   Tussentelling "Kasstroom uit bedrijfsoperaties". Tevens aanbeveling door de RJ om deze tussentelling weer te geven.
   
   - Ontvangsten en uitgaven van rente en dividenden; kan volgens de RJ ook opgenomen worden in de financieringskasstroom.
     Dit laatste geven wij de voorkeur aan en is onderstaand als zodanig opgenomen. Is dan hier niet van toepassing.
   - Betaalde belasting; vennootschapsbelasting. Bijvoorbeeld gemeentelijke belastingen zitten begrepen in de overige kosten.
   
   De som levert dan de "Netto operationele kasstroom".
   
   Omzetbelasting
   De RJ noemt voor de omzetbelasting de mogelijkheid om ontvangsten a.g.v. "Af te dragen BTW" op te nemen onder ontvangsten en uitgaven a.g.v "Terug te vorderen BTW" onder uitgaven. De gedane afdracht van de BTW aan de Belastingdienst wordt dan eveneens onder uitgaven opgenomen. Als tweede mogelijkheid noemt de RJ ontvangsten en betalingen uit hoofde van omzetbelasting gesaldeerd op te nemen als uitgaven.  
   

   RGS
   Wat betreft de implementatie in de boekhouding via RGS noemen we de volgende attentiepunten:

   1. Ontvangsten van debiteuren; deze kunnen alleen afgeleid worden uit individuele transacties in de loop van een jaar van openstaande posten.
        
   2. Betalingen aan crediteuren; deze kunnen alleen afgeleid worden uit individuele transacties in de loop van een jaar van openstaande posten.
     
2. Indirecte methode;
   Hier wordt uitgegaan van de "winst vóór belastingen" in een bepaalde verslagperiode (veelal een jaar). Er worden als het ware correcties aangebracht waardoor eveneens inizicht ontstaat in de "Netto operationele kasstroom". 
   
   Correcties onstaan door:
   - Mutaties in de W&V (kosten en opbrengst) die geen ontvangsten en uitgaven zijn. zoals afschrijvingen.
   - Mutaties in voorzieningen, voorraad, debiteuren, crediteuren en overlopende posten. 
   - Mutaties in de W&V die geen betrekking hebben op de operationele bedrijfsactiviteiten.
   
   Dit levert dan het volgende overzicht op:
   
   Winst vóór belastingen, gecorrigeerd voor:
   - Mutaties kosten en opbrengsten die meegenomen zijn in kasstromen uit investeringsactiviteiten en/of financieringsactiviteiten.
     (zoals rente en dividenden en resultaat verkoop vaste activa). 
   - Betaalde belastingen;
   - Afschrijvingen;
   - Mutatie voorzieningen;
   - Mutatie voorraden;
   - Mutatie debiteuren;
   - Mutatie crediteuren;
   - Mutatie transitoria; overlopende activa en passiva. 
   De som levert dan de "Netto operationele kasstroom".
     

Kasstromen uit investeringsactiviteiten

Het gaat dan om investeringen en desinvesteringen van immateriële-, materiële- en financiële vaste activa. De RJ noemt ook tijdelijke beleggingen in vlottende activa. 

Dit levert de volgende voorbeelden op (RJ):

• Uitgaven voor geactiveerde kosten van ontwikkeling;
• Uitgaven voor aankoop van grond, gebouwen, machines, concessies en deelnemingen;
• Uitgaven voor zelf vervaardigde materiële vaste activa;
• Ontvangsten door verkoop van vaste activa; tenzij verantwoord als netto-omzet.
• Uitgaven en ontvangsten i.v.m. verstrekking en aflossing van door de rechtspersoon verstrekte lange termijn leningen. 
• Uitgaven en ontvangsten i.v.m. beleggingen in niet op korte termijn zeer liquide middelen.
• Uitgaven uit hoofde van interest welke is geactivieerd onder "vaste activa". 
  In andere gevallen worden uitgaven uit hoofde van interesest onder kasstromen uit operationele activiteiten of kasstromen uit financieringsactiviteiten.
    

Kasstromen uit financieringsactiviteiten

Betreft financieringsactiviteiten voor operationele- of investeringsactiviteiten. Financieringsactiviteiten hebben invloed op de grootte van het eigen vermogen en vreemd vermogen. 

Kasstromen uit finncieringsactiviteiten levert de volgende voorbeelden op:

• Ontvangen en betaalde rente en dividenden; dan niet opnemen in operationele kasstroom.
• Ontvangsten door uitgifte van aandelen;
• Uitgaven door inkoop van eigen aandelen;
• Ontvangsten door opgenomen obligatieleningen, onderhandse leningen, hypothecaire leningen en andere korte en lange termijn leningen.
• Uitgaven door aflossing van leningen.