De organisatie zonder winststreven (OZW) heeft niet als primaire doelstelling het behalen van winst, maar is primair gericht op een kerkelijke, levensbeschouwelijke, maatschappelijke, charitatieve, culturele of wetenschappelijke doelstelling, of streeft anderszins een maatschappelijk doel of algemeen nut na. In het kader van deze doelstelling kan zij zich (tevens) bezighouden met het leveren van producten en/of diensten (bron RJ 640). In de praktijk hebben we het dan over een stichting of vereniging.
De Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ) beschrijft in haar uiting RJ 640 Organisaties-zonder- winststreven. Voor kleine Organisaties-zonder- winststreven is er de uiting RJK C1.
Voor klein is aansluiting met vereisten voor kleine rechtspersonen die onder Titel 9 Boek 2 BW vallen.
Een belangrijk deel van de informatie in deze inleiding heeft als bron uiting RJ 640 (en daardoor ook RJK C1).
Voor de OZW is Titel 9 Boek 2 BW formeel niet van toepassing. Oftewel de jaarverslaggeving voor OZW's is in beginsel niet wettelijk geregeld. Er bestaan voor stichtingen en verenigingen slechts summiere voorschriften in artikel 2:10 BW.
Omdat de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving een nadere invulling geven van het in Titel 9 Boek 2 BW vereiste inzicht zijn die formeel ook niet van toepassing. Ook voor de OZW organisatie is het in het algemeen van belang een goed inzicht in de activiteiten en de uitkomsten daarvan te geven aan gebruikers van haar jaarrekening. Vandaar dat vanuit de RJ een sterke aanbeveling geldt de bepalingen van de RJ 640 toe te passen. Het blijft echter wel een aanbeveling en geen verplichting.
Voor OZW's met bepaalde activiteiten en een bepaalde omvang zijn de bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW wel van toepassing. Dit laten we hier verder buiten beschouwing. Wel gaan we uit van hetgeen aanbevolen wordt in de uiting RJ 640 en de RJK C1 voor kleine OZW's..
Soms kwalificeert een OZW zich ook als fondsenwervende organisatie (FWO). De fondsenwervende organisatie past de bepalingen van RJ 650 toe, waarbij ook de bepalingen van RJ 640 van toepassing blijven (voor zover de bepalingen van RJ 650 daarvan niet afwijkend zijn).
Jaarrekening Bij een OZW wordt bij een jaarverslag gesproken over een balans en staat van baten en lasten (deze laatste in plaats van een winst-en-verliesrekening of resultatenrekening).
Enkele specifieke onderwerpen bij een OZW worden hierna toegelicht, met name op basis basis van de Raad voor de verslaggeving. Voor een volledige specificatie wordt verwezen naar de RJ 640 en RJK C1.
- Bestemmingsreserve (Alinea 313 van RJ 640 en Alinea 109 RJK C1);
Indien de organisatie een deel van het eigen vermogen heeft afgezonderd omdat daaraan een beperktere bestedingsmogelijkheid is gegeven dan gezien haar doelstelling zou zijn toegestaan en deze beperking is door het bestuur aangebracht, dient zij dit deel aan te merken als bestemmingsreserve.
In plaats van het bestuur (bij een stichting) geldt bovenstaande ook voor de algemene ledenvergadering bij een vereniging.
- Bestemmingsfonds (Alinea 315 van RJ 640 en Alinea 109 RJK C1);
Indien de organisatie een deel van het eigen vermogen heeft afgezonderd omdat daaraan een beperktere bestedingsmogelijkheid is gegeven dan gezien haar doelstelling zou zijn toegestaan en deze beperking is door derden aangebracht, dient zij dit deel aan te merken als bestemmingsfonds.
- Subsidieverplichtingen en verplichtingen tot het doen van giften (Alinea 202 van RJ 640 en Alinea 202 RJK C1);
Soms realiseert de organisatie haar doelstellingen mede door het verstrekken van'subsidies en giften. De organisatie dient subsidieverplichtingen en verplichtingen tot het doen van een gift in de balans als schuld en in de staat van baten en lasten als last te verantwoorden, ook als de verplichting is aangegaan voor meer dan een jaar.
Als zij bijvoorbeeld een subsidietoezegging doet voor een periode van drie jaar, dan verwerkt zij het volledige bedrag in het jaar van toezegging als last en als verplichting.
- Baten in natura (Alinea 204 van RJ 640 en Alinea 311 RJK C1);
De organisatie dient baten in de vorm van goederen of diensten te waarderen tegen de reële waarde (voor zover deze betrouwbaar kan worden vastgesteld en materieel is) en tegen die reële waarde te verwerken in de staat van baten en lasten.
Een voorbeeld van een bate in de vorm van goederen is de verkrijging van een pand voor een bedrag lager dan de reële waarde dan wel ‘om niet’. Een voorbeeld van een bate in de vorm van diensten is het om niet of tegen een sterk gereduceerd tarief verrichten van diensten door een notaris.
Vrijwilligerswerk wordt niet in de staat van baten en lasten opgenomen. Indien vrijwilligerswerk belangrijk is voor de organisatie, maakt zij daarvan in haar bestuursverslag melding.
- Baten met een bijzondere bestemming (Alinea 205 van RJ 640 en Alinea 312 RJK C1);
Indien baten waarvoor een bijzondere bestemming is aangewezen in het verslagjaar niet volledig zijn besteed, dient de organisatie de omvang van de nog niet bestede bedragen via de resultaatbestemming toe te voegen aan de bestemmingsreserves respectievelijk bestemmingsfondsen.
(Alinea 206 van RJ 640); Indien de organisatie in een volgend verslagjaar uit deze bestemmingsreserves respectievelijk bestemmingsfondsen put, dient zij deze besteding in de staat van baten en lasten als last te verwerken. Zij dient deze besteding te verwerken via de resultaatbestemming als een onttrekking aan de bestemmingsreserves respectievelijk bestemmingsfondsen.
- Baten uit nalatenschappen (Alinea 208 van RJ 640 en Alinea 207 RJK C1);
De organisatie dient baten uit nalatenschappen te verwerken in het boekjaar waarin de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Zij verwerkt voorlopige uitbetalingen in de vorm van voorschotten in het boekjaar waarin ze worden ontvangen als baten uit nalatenschappen.
- Baten uit loterijen (Alinea 209 van RJ 640 en Alinea 207 RJK C1);
De organisatie dient baten uit eigen loterijen te verantwoorden voor het totaalbedrag van de inleg vermeerderd met de waarde van de om niet verkregen prijzen en verminderd met de waarde van de verstrekte prijzen.
- Resultaatbestemming (Alinea 306 van RJ 640 en Alinea 207 RJK C1);
De organisatie dient de resultaatbestemming onder de staat van baten en lasten op te nemen. Zij dient toevoegingen aan en onttrekkingen uit de bestemmingsreserves en bestemmingsfondsen als afzonderlijke posten in de resultaatbestemming te vermelden.
- Baten als tegenprestatie voor de levering van producten en/of diensten (Alinea 319 van RJ 640);
Baten als tegenprestatie voor de levering van producten en/of diensten worden in de staat van baten en lasten weergegeven als omzet of met een meer kenmerkende omschrijving zoals abonnementsgelden, deelnemersbijdragen, huuropbrengsten of recettes. Dit laatste is in RGS een verbijzondering op niveau 5 van RGS code WOvbLpd.
- Subsidiebaten (Alinea 409 van RJ 640 en Alinea 207 RJK C1);
Indien verschillende soorten subsidies en/of subsidies van verschillende categorieën subsidiegevers – overheden (EU, Rijk) of anderen (bedrijven, andere organisaties) – worden verkregen, dient de organisatie in de (toelichting op de) staat van baten en lasten de verkregen subsidies afzonderlijk per hoofdgroep te vermelden. Zij dient in de toelichting te vermelden of de betreffende subsidies een incidenteel dan wel structureel karakter hebben.
- Overige baten (Alinea 320 van RJ 640);
Bijdragen van leden en/of donateurs worden als opbrengstencategorie afzonderlijk vermeld met bijvoorbeeld de omschrijving contributies of donaties, tenzij zij het karakter hebben van tegenprestatie voor de levering van specifieke producten en/of diensten.
- Personeelsbeloningen (Alinea 413 van RJ 640 en Alinea 315 RJK C1)
De organisatie dient het bedrag van de bezoldiging met inbegrip van de pensioenlasten van de bestuurders, gewezen bestuurders, toezichthouders en gewezen toezichthouders in de toelichting te vermelden. Tevens dient de organisatie de bedragen tevermelden van verstrekte leningen, voorschotten en garanties aan (gewezen) bestuurders en (gewezen) toezichthouders.
- Segmentatie (Alinea 510 van RJ 640 en Alinea 402 RJK C1)
Indien de organisatie zeer verschillende soorten activiteiten verricht en/of activiteiten verricht op zeer uiteenlopende locaties, dienen per hoofdgroep van activiteiten respectievelijk locaties de relevante posten van de balans en de staat van baten en lasten te worden gesegmenteerd.
Indeling Staat van baten en lasten Er wordt bij de indeling van de staat van baten en lasten een keuze gemaakt tussen het categoriale en het functionele model.
Categoriale model: Voor zover van toepassing dienen ten minste de volgende categorieën baten te worden onderscheiden: – baten als tegenprestatie voor de levering van producten en/of diensten; – subsidiebaten; – sponsorbijdragen; – giften en baten uit fondsenwerving; – financiële baten; – overige baten.
Voor zover van toepassing dienen ten minste de volgende categorieën lasten te worden onderscheiden: – inkoopwaarde van geleverde producten; – personeelskosten; – afschrijvingen op vaste activa; – verstrekte subsidies of giften; – financiële lasten; – overige lasten.
Formele modellen Binnen het SBR programma zijn voor OZW's een tweetal modellen van de jaarrekening beschikbaar vanuit de KVK, te weten:
- Organisaties zonder winststreven - kleine rechtspersonen; kleine organisaties zonder winststreven (KOZW).
De balans is onderverdeeld naar: - Activa - Vaste activa - Vlottende activa - Passiva - EIgen vermogen; met posten voor bestemmingsfondsen (RGS code BEivBef) en bestemmingsreserves (RGS code BEivBer) voor o.a. OZW's. - Voorzieningen - Langlopende schulden - Kortlopende schulden.
Het resultaat van baten en lasten (aangeduid als winst- en verliesrekening) is onderverdeeld naar: - Totaal van baten; specifiek voor een OZW onderverdeeld naar: > baten als tegenprestatie voor de levering van producten en/of diensten; RGS code WOvbLpd. > subsidiebaten; RGS code WOvbOrs. > sponsorbijdragen; RGS code WOvbSpd. > baten en giften uit fondsenwerving; RGS code WOvbBue. > andere baten; RGS code WOvbSgbAnb. Door de RJ (zie hiervoor) gesplitst naar financiële baten en overige baten.
- Totaal van lasten; specifiek voor een OZW onderverdeeld naar: > inkoopwaarde van geleverde producten; RGS code WKprTvlIgo. > verstrekte subsidies of giften; RGS code WKprTvlVsg. > andere lasten; RGS code WKprTvlAla. Door de RJ (zie hiervoor) gesplitst naar financiële lasten en overige lasten.
- Verkoopkosten; - Algemene beheerskosten;
- Lasten uit hoofde van personeelsbeloningen; - Afschrijvingen op materiële en immateriële vaste activa; - Waardeveranderingen van materiële en immateriële vaste activa; - Wijziging in de reële waarde van vastgoedbeleggingen; - Waardevermindering van vlottende activa; - Overige bedrijfskosten; - Vrijval uit herwaarderingsreserve; - Financiële baten en lasten; - Aandeel in resultaat van ondernemingen waarin wordt deelgenomen; - Belastingen.
Bij bovenstaande indeling constateren we dat het categoriale- en functionele model *) in één model lijkt te zijn opgenomen. Dit laatste is opmerkelijk omdat bij modellen voor bijvoorbeeld de BV categoriaal en functioneel in aparte modellen zijn ondergebracht.
*) Functionele model betreft dan verkoopkosten en algemene beheerskosten.
Voorbeeld model klein Zie voor uitgewerkt voorbeeld jaarrekening met relatie naar RGS MKB: Jaarrekening kleine organisatie zonder winststreven (KOZW).
- Organisaties zonder winststreven - middelgrote en grote rechtspersonen;
In aansluiting op het hetgeen hiervoor genoemd onder 1 (KOZW):
De balans kent onder het Eigen vermogen ook de post Stichtingskapitaal. RGS code BEivSevSti (05651).
Het resultaat van baten en lasten (aangeduid als winst- en verliesrekening) kent onder Totaal van baten ook: > bijdragen van donateurs; RGS code WOvbSgb (82300). Met een nadere onderverdeling, waaronder ook "Leden". Dit sluit aan bij hetgeen eerder genoemd onder Jaarrekening, punt Overige baten (Alinea 320 van RJ 640);
Is verder niet uitgewerkt in het kader van RGS MKB.
|